
Chamanna Jenatsch - Engadin
De Engadin is een prachtige afgesloten vallei in het zuidoosten van Zwitserland, kanton Graubünden. Het is een van de regio’s waar lariksen/lorken staan die elke herfst prachtig geel kleuren. Oktober is meestal een ideale periode om van de kleurenpracht te genieten. De omliggende bergtoppen kleuren dan ook al wat wit en de zon schijnt vaak nog uitbundig. “Goldener Oktober” zoals dat genoemd wordt. Wij maakten een tweedaagse trektocht van 47 km vanuit de Engadin naar de Chamanna Jenatsch.
Je kan de afzonderlijke routes (dag 1 en dag 2) hieronder downloaden:
Geen knooppunten, wel gele borden waarmee je de route kan doen. Contacteer ons voor meer info.
Genieten van de prachtige herfstkleuren in de Engadin.
Heerlijke paadjes met een panoramisch zicht over de Engadin.
Waanzinnig uitzicht!
In de bergen kan er in de herfst al sneeuw liggen, zeker aan de noordkant van bergen.
Een prachtig bergmeer.
De Chamanna Jenatsch.
Het mooie meer Laj Suvretta.
De herfst is een prachtige periode in de Alpen. Voor sommigen zelfs het mooiste seizoen voor een trektocht! Het landschap staat in vuur en vlam en de bergtoppen kleuren al wit. Het gras wordt goudgeel. Tegelijk zorgen de laatste stuiptrekkingen van de zomer nog vaak voor zonnig weer. Elk jaar komt er wel een periode met “Goldener Oktober” weer of “Indian Summer”. Dat is de ideale periode voor een wandeltocht of meerdaagse, bijvoorbeeld in de Engadin. In deze (het lijkt wel van de buiten wereld afgesloten) vallei staat het vol met lorken en lariksen. Dat zijn naaldbomen die elke herfst, na de eerste echte vorst, beginnen te verkleuren. Van groen, naar groen-geel, naar goud-geel, naar ros. In november verliezen de bomen al hun naalden.
Voor deze tweedaagse kozen we de Chamanna Jenatsch als bestemming. Dat is de hoogste hut van het kanton Graubünden in Zwitserland. We parkeerden de auto aan de Engadiner kant van de Julierpas, vlakbij de bushalte “Silvaplana”.
DAG 1:
Quasi meteen begon het bergpad (je wandelt hier op de Via Engiadina) te stijgen tot een hoogte van ongeveer 2150 meter. Normaal heb je bij deze sectie van de route een panoramisch uitzicht over de Engadin, maar het weer werkte bij het begin van onze tweedaagse niet echt mee. In de herfst hangen er soms lange wolkenvelden (Hochnebel) in de vallei. Met 3 km in de benen volgde daarna een korte zigzaggende afdaling van 100 m, tot de ingang van de vallei van “Suvretta da San Murezzan”. Hier begon een pittige klim tot het “Lej Suvretta”, een fantastisch bergmeer op een hoogte van 2578 meter boven de zeespiegel. De reflectie van de omliggende toppen was fantastisch! Neem de tijd om te genieten van deze natuurpacht ..
Na dit meer kozen wij ervoor om af te dalen via de “Suvretta da Samedan” tot de “Val Beverin” op een hoogte van 2145 meter. Je kan er ook voor kiezen om na het meer door te steken via de “Fuorcla Suvretta” (2966 m) naar de hut. De route wordt dan korter. De Val Beverin is echter een zeer mooie vallei, met een panoramisch pad dat de Beverin rivier volgt tot kilometer 19. Nadien draai je richting het westen en volgt een korte (1.5 km) maar pittige klim tot de hut. Moe maar voldaan kwamen wij aan in deze prachtige hut met vriendelijke uitbaters.
De Jenatschhutte of Chamanna Jenatsch is de hoogste hut van Graubünden. Ze is open van mei tot half oktober, maar heeft ook een winter ruimte. De hut ligt mooi op een afzonderlijke bergrichel met uitzicht over het hele vallei-hoofd, en op verschillende drieduizenders zoals “Piz Picuogl”. Van de gletsjer “Vadret Calderas” is helaas niets meer te bespeuren vanuit de hut. Deze heeft zich helemaal teruggetrokken tot achter de bergkam door de klimaatverandering.
DAG 2:
Dag 2 begon meteen met een pittige klim tot “Fuorcla d’Agnel” (2982 m), die bij ons, halverwege oktober, langs de noordkant al besneeuwd was. Gelukkig konden we bevroren voetstappen volgen. Nadien daalden we (eerst steil, daarna gemoedelijk) af via de “Val d’Agnel” tot de Ospizio Julier. Wie wil kan daar een versnapering nemen.
Na de passage over de Julier pas begon meteen de tweede klim van de dag. Eerst 200 meter omhoog tot het magnifieke “Leg Grevasalvas”, een ideale plaats voor een picknick. Nadien tot de “Fuorcla Grevasalvas” met nog eens 250 meter klimmen. Op deze col staat een bank met een fantastisch uitzicht over de Engadin (vooral Maloja en de Forni gletsjer).
Daarna daalden we via een lange afdaling helemaal af tot vlakbij “Sils am Engadin”. Deze afdaling, een echte panoramische route, bleek een van de mooiste die we ooit al maakten. Voortduren hadden we uitzicht op de gekleurde Engadin vallei, met de “Silsersee” en de “Silvaplanersee” in een hoofdrol, en daarboven mythische bergtoppen zoals “Piz Bernina” en “Piz Gluschaint”. De laatste 3 km van de route liepen weer bergop (opnieuw ongeveer 200 m) tot aan de parkeerplaats.
Moe maar voldaan, met 46 km in de benen en meer dan 2500 hoogtemeters konden we terugblikken op een fantastische tweedaagse. Uiteraard zijn varianten mogelijk. Zo kan je er ook een driedaagse van maken, of kan je de route uitbreiden om er een 3-4-5… daagse van te maken. Twijfel niet om ons te contacteren voor suggesties!