Tour della Bessanese - Alpen

De Tour della Bessanese is een hooggebergte tour voor ervaren wandelaars gelegen in het fantastische landschap van de zuidelijke Grajische Alpen. Wij maakten een variant op de bestaande tour (3 dagen langer) met enkele afzonderlijke kleine beklimmingen naast de route, zoals de Rocciamelone (3538 m) en La Croix Rousse (3571 m). De tocht was uiteindelijk ongeveer 100 km en bedroeg 8000 hoogtemeters. Wie een uitdagende tocht wil in een grandioos, en onontdekt Alpen landschap, niet meer verder zoeken: de Tour della Bessanese!

Download file: Tour%20della%20Bessanese.gpx

Download route
Uitgestippelde tocht

Onze route is gebaseerd op een bestaande 4 daagse route. Meer info over deze tocht is te vinden via deze link.

Afbeeldingen

Ik (Lander Van Tricht) maakt de tocht samen met mijn broer Kristof Van Tricht.

Langs en zelfs over grote gletsjers. Heerlijk. 

Grandioze uitzichten over de Alpen. 

Meer info

We parkeerden de auto op een parking dicht bij het gehuchtje Vincendières, in een zijvallei bij Bessans (Frankrijk). 

 

Dag 1: 5 km, +400 m

Op dag 1, na aankomst wandelden we nog naar de Refuge d’Avérole. Het had die ochtend een klein beetje gesneeuwd boven 3000 m waardoor de bergtoppen wit bepoederd waren. Een leuke aankomst in de Alpen! We maakten de inlooptocht van ongeveer 5 km en met ca. 400 hoogtemeters. Refuge d’Avérole bleek een mooie, ruime hut, waar we bijna de enige gasten waren. Je krijgt zelfs een klein beetje een boerderij gevoel met kippen die rondlopen rond de hut. De hut is prachtig gelegen met een schitterend uitzicht over talrijke drieduizenders zoals de Pointe de Charbonnel (3751 m). 

 

Dag 2: 14.5 km, +1350 m, – 800 m (met beklimmingen)

Dag 2 diende zich aan met een steile en lange klim naar de Passage du Colerin (~1000 m steil stijgen). We kozen er ook voor om dan een zijtopje te beklimmen (Pointe de Colerin – 3475 m). De uitzichten vanaf deze top waren fenomenaal met verschillende gletsjers op de flanken van de Albaron (3638 m). Na deze col (en top) daalden we af via een steen/puingletsjer (Il Pian Gias) naar de Refuge Gastaldi. Het was hier niet altijd simpel om de weg eenvoudig te vinden vermits dit een actief landschap is waar rotsen verschuiven. Naast de kaart is een GPS aangewezen en moet je goed zoeken en kijken naar de markeringen op de route. De Rifugio Gastaldi is een zeer oude (maar gerenoveerde) berghut met een panoramisch uitzicht over mythische bergtoppen zoals de Bessanese. 

 

Dag 3: 15.5 km, +750 m, -900 m (met 3 extra beklimmingen)

Op dag 3, hoe kon het ook anders, startten we met een korte, maar pittige, klim naar de top van de morene van de Ghiacciaio della Bessanese, de gletsjer van de Bessanese (3593). Na deze korte zijklim daalden we af tot een hoogte van 2600 m om dan aan te vangen voor de klim naar Collarin d’Arnas. We kozen er echter voor om onderweg ook nog de Col d’Arnes (3010) te beklimmen voor een uitzicht over de Glacier d’Arnes. Dit kan zoals vele andere klimmetjes vermeden worden. Via de Collarin d’Arnas liep de route vervolgens verder naar Lago della Rossa. Een prachtig stuwmeer met op de achtergrond de hoge top van de Punta d’Arnas. Net voor het meer kozen we er nog voor om nog een klein zijtopje te doen naar Punta Fortino (3010 m). Over de dam en via de Colle Altare vorderden we nadien naar de bestemming van dag 3, Rifugio Cibrario. Ene mooie hut al gebouwd in 1890 op voorstel van graaf Luigi Cibrario 

 

Dag 4: 17 km, +1000 m, -1820 m (met beklimming La Croix Rousse). Indien deze beklimming niet gedaan wordt is het een relatieve rustdag met enkel afdaling en vlakke kilometers. 

Op dag 4 stonden we vroeg op voor de beklimming (een van de mooiste) van de top van La Croix Rousse – Croce Rossa (3571 m), het letterlijke hoogtepunt van de tocht. Deze extra klim is 2.5 km lang en zo’n 850 m onhoog. Nadien volgde een lange afdaling tot onder de boomgrens tot een hoogte van ongeveer 1800 m. Via een oude spoorlijn vervolgde de wandeling daarna nagenoeg vlak tot de Rifugio Vulpot. Deze hut staat aan de oevers van het Lago di Malciaussia. Het is een duidelijk iets meer luxueuze hut vergeleken met de andere, 

 

Dag 5: 15 km, +1500 m, -500 m 

Dag 5 stond weer in het teken van een forse stijging. In eerste instantie omhoog tot Lago Nero. Nadien verder omhoog via Costa Fenera en Croce di Ferro, langs de hut van Aurelio Ravetto tot een uitzichtpunt op de route naar Monte Palon. Deze laatste is niet nodig.  Vervolgens liepen we  via de Passo delle Capra (2456 m) verder door naar onze bestemming, de Rifugio Ca d’Asti. De laatste hectometers naar deze hut zijn erg steil. Deze is de oudste hut van Italië en werd altijd gebruikt onderweg naar de mythische, religieuze top van Rocciamelone. Er is geen stromend water, maar dat maakt het bijzonder authentiek. 

 

Dag 6: 24 km, +1550 m, -2200 m

Dag 6 stonden we vroeg op voor de beklimming van Rocciamelone (3538 m). Dit was de eerste hoge berg van de Alpen waarvan de beklimming gedocumenteerd is. Veel pelgrims trekken vanaf de hut op 1 september naar de top ter ere van Bonifacius Rotarius die in gevangenschap leefde tijdens de kruistochten en bij vrijlating een mariabeeldje naar de top bracht. In 1899 werd een 3 meter hoog Maria-beeld op de top geplaatst. Via de Passo delle Novalese daalden we daarna af richting de gletsjer. We staken de “Glacier de Rochemelon” over tot aan de Col della Resta en wandelden nadien tot aan Rifugio Ernesto Tazzetti. Na nog enkele kilometers afdalen nadien begon daarna een nieuwe klim tot aan Col de l’Autaret (3072 m). Vanaf hier betraden we opnieuw de originele Tour della Bessanese. Aangekomen op de col volgde een lange afdaling via een sublieme vallei terug tot aan de hut Refuge d’Averole, het beginpunt. 

 

Dag 7: 5 km, -400 m

Op dag 7 stonden we vroeg op voor de laatste afdaling van 5 km tot aan de auto. 

Gerelateerde wandelingen in de buurt