• Komoot
• Wikiloc
• RouteYou

Onze route is gebaseerd op een bestaande route. Meer info over deze tocht is te vinden via deze link.

De dam van Mauvoisin. 

De Mont Blanc. 

De Mont Velan die door de wolken komt piepen.

Een klein bergmeer tussen de rotsen.

Zicht op een zij-vallei van de Valle d’Aosta.Beklimming van de Mont Rogneux bij het ochtendgloren. 

We parkeerden de auto op een parking dicht bij de dam van Mauvoisin. Hier is voldoende parking om de auto gerust achter te laten voor 7 dagen. 

Dag 1: 12 km, +750 m

Op de eerste dag loopt de tocht langs het meer van Mauvoisin (westoever). Het pad is hier breed waardoor je meestal wel een goed tempo kan ontwikkelen. Na een korte klim (tot aan de top van de dam) zijn de kilometers langs het meer ook vlak. Vervolgens dient er zich aan het einde van het meer een klim aan van +-450 m tot aan de eerste overnachtingsplaats van de huttentocht: Cabane de Chanrion (2463 m). Dit is een chique ecologische hut voor eenvoudig en hedendaags comfort. 

Dag 2: 24 km, +1600 m, – 1450 m (met beklimming Mont Avril)

Op de tweede dag start de tocht met een forse klim naar Fenêtre de Durand (2804 m). Dit is ook de grens met Italië. Aangekomen op deze col heb je de keuze om een top beklimmen, de Mont Avril (3346 m). De heenweg en terug van deze top zijn hetzelfde. Vanop deze top krijg je een prachtig uitzicht over de Glacier du Mont Durand en de zuidkant van Le Grand Combin. De beklimming is heen en terug samen zo’n 2,5-3 km en bedraagt 450-500 hoogtemeters. Terug aangekomen op de col volgt nog een lange afdaling tot net onder de grens van 2000 m via een goed begaanbaar bergpad. Na 15 km (met beklimming bij) in de benen volgt een korte klim van +-200 m hoogte. Op de flanken van de Mont Rond gaat de wandeling dan via 3 vlakke kilometers verder naar het zuiden. Daarna, met al 22 km in de benen, volgt nog een steile klim tot aan de volgende hut, de Rifugio Champillon Adolphe Letey. De hut is gelegen op een panoramische heuvel temidden van alpenweides vanwaar men een prachtig uitzicht heeft over de vallei van Ollomont en de Bassa Valpelline op een hoogte van 2465 m.

Dag 3: 10 km, +300 m, -1300 m 

Dag 3 was volgens onze planning een iets rustigere dag. Deze begint met het laatste deel van de klim tot een hoogte van 2700 m. Je kan hierboven opteren om een van de twee zijtopjes te doen (optie 1: Monte Chenaille – 3144 m, optie 2: Crou de Bleintse – 2827) maar om de benen wat te sparen voor de volgende dagen verkozen wij dit niet te doen. Vanaf de col is het 1300 meter dalen tot het dorpje Creton. Nadien volgen nog 2 vlakke kilometers tot Saint-Oyen (Valle d’Aosta) waar wij in een hotelletje verbleven. Dit is met 1350 meter het laagste punt van de tocht. Er zijn in dit dorp enkele gezellige Italiaanse restaurantjes. 

Dag 4: 22 km, +1600 m, -1300 m 

Op dag 4 wandelen we naar het Zwitser dorpje Bourg Saint Pierre via Col Nord de Menouve. Dit pad is ondertussen niet meer onderhouden dus hebben we een alternatieve route opgesteld. Deze begint met een steile klim tot een hoogte van 2600 m (Col Ouest de Barasson) om vervolgens kort te dalen en weer een stukje te stijgen tot aan de Grand Saint Bernard pas. Hier is een klein kloostertje waar je iets kan drinken/eten. Terug vertrokken vanaf de bekende col is het nog zo’n 200 m klimmen tot de Pas des Chevaux. Daar bovengekomen gaat de wandeling bergaf via de Combe de Drône en de oever van het Lac des Toules tot in Bourg Saint Pierre. Ook hier zijn kleine gezellige hotelletjes te vinden om te overnachten. 

Dag 5: 13 km, +800 m, -50 m

Dag 5 begint met een steile klim aan de oostkant van de vallei tussen de bomen. Aangekomen boven de bovengrens (ongeveer op 2000 m) zwakt de steilheid af en gaat de tocht hoofdzakelijk verder in noordelijke richting via een panoramisch pad. Gestaag stijgend ga je verder tot bij de top van la Vouardette vanwaar je een prachtig uitzicht krijgt op de zuidoost kant van de Mont Blanc. Na deze top moet je nog 50 hoogtemeters overwinnen om vervolgens weer 50 m te dalen naar de bestemming van de dag: Cabane de Mille. Deze hut werd in het najaar van 2013 en het voorjaar van 2014 volledig herbouwd. De hut is uitgerust met comfortabele sanitaire voorzieningen en douches. Vanop het terras kijk je uit op de de Combins en de Mont Vélan, als ook op andere Walliser toppen en de Mont Blanc.

Dag 6: 12 km, +1150 m, -950 m

Op dag 6 vangt de wandeltocht aan met de beklimming naar de Mont Rogneux. Een reus van 3084 m. Vanop de top heb je een overweldigend uitzicht op verschillende hoge toppen en gletsjers. Via rotsachtig terrein gaat het pad nadien naar beneden, tot langs een klein meer “Goli d’Aget”. Je wandelt hier over rotsachtig terrein dat lang bezet is geweest door grote gletsjers. Je daalt na dit meertje verder af tot de vallei van de verwilderde rivier Dyure de Sery die je met een brug oversteekt. Nadien volgt alweer een korte klim tot de Col des Avouillons (2648 m) van waarop je een schitterend uitzicht krijgt over gletsjers en de Combins bergen. Je daalt vervolgens weer 200 m af tot dicht bij het front van de grote Panoissière gletsjers. Hier steek je de smeltrivier over met een spectaculaire hangbrug. Nadien volgt nog een korte klim tot de Cabane FXB Panoissière (2641 meter). Deze hut is gelegen in een grandioos, wild en onvergetelijk landschap. Deze hut ligt boven de zijmorene van de Panoissière gletsjer waarop je voortdurend uitkijkt. Aan de achterzijde ligt de mythische Grand Combins. Dit is een van de mooiste panorama’s van de Alpen. 

Dag 7: 7 km, +200 m, -1200 m

Op dag 7 moet je eerst nog ongeveer 200 m overwinnen tot de Col des Otanes (2846 m). Onderweg wordt je haast gedwongen achteruit te kijken om de Grand Combins in al zijn glorie te aanschouwen. Na de col gaat de wandeling bergaf, terug tot aan de parking waar de auto 7 dagen geleden werd achtergelaten.